Cantiñas is meer een genre-benaming dan dat het een aparte palo betreft. Onder Cantiñas vallen Caracoles, Mirabrás, Alegrías en Romeras.
Het is afkomstig van het gebied tussen de stad Cádiz, El Puerto de Santa María, Puerto Real, San Fernando en Rota en vooral uit Sanlúcar de Barrameda.
Qua stijl is het afgeleid van de jota de Cádiz. Qua ritme is het gelijk aan de Bulería en de Soleá.
In Cádiz betekent het woord cantinear hetzelfde als spelen, fantaseren en improviseren. Het wordt gezien als dé feestelijke stijl in de 19e eeuw.
Het betreft een groep van palos die in de eerste plaats bedoeld zijn om op te dansen en in latere jaren ook een ontwikkeling doormaakten zodat ze als solozang gebracht konden worden.
Rafael Campallo danst een Alegrías
gezongen door Rafael Jiménez "el Falo" en Javier Requena
Een couplet van Cantiñas bevat normaal gesproken 4 regels van ieder 8 lettergrepen.
Er zijn vele soorten, m.n. persoonlijke-, Cantiñas. Zo stond Pinini (de opa van Bernarda en Fernanda de Utrera) bekend om zijn uitstekende vertolking van Cantiñas en hij heeft ook een persoonlijke stijl ontwikkeld die uiteindelijk bewaard bleef als de Cantiñas del Pinini.
Dansers die bekend stonden voor hun Cantiñas waren m.n. La Macarrona en La Mejorana (moeder van Niña de los Peines), die overigens naast danseres ook zangeres was. Tegenwoordig is het bijvoorbeeld Belén Maya die er bekend om staat, en dan m.n. in bata de cola.
Miguel Poveda zingt Cantiñas, begeleid door zijn vaste gitarist Chicuelo