24 december 2015: Aziaten komen steeds vaker naar Spanje om de flamencokunst te leren, en zijn niet langer alleen Japanners.
Sinds flamenco voor het eerst voet zetten op de Japanse eilanden, nu bijna 90 jaar geleden, krijgt het een steeds grotere rol daar. Het is zelfs zo dat als je kijkt naar actieve dansers en dansscholen, dat ze Spanje voorbijgestreefd zijn qua aantallen (100.000 leerlingen in 3.000 dansscholen). En dat is best gek gezien de tegenstelling in volksaard tussen Spanjaarden en Japanners, dat flamenco daar zo’n vlucht neemt. Maar Japanners hoor je ook wel zeggen dat dat nu juist de reden is daarvan: het kunnen uiten van hun emoties die de dagelijkse leef- en werkstress oplevert.
Maar het beperkt zich inmiddels niet meer tot Japan; het zet inmiddels nu ook voet aan vast land, in China.
Het is een jong gebied, flamenco in China, en er dient nog veel ontwikkeld te worden, maar toch dateren de eerste flamenco-optredens inmiddels van de negentiger jaren maar het duurde nog tot 2005 voordat een eerste flamenco dansschool haar poorten opende, in Shanghai. Inmiddels verspreidt flamenco zich als een olievlek en zijn er nu 18 dansscentra waar structureel flamenco geleerd kan worden. Daarnaast zijn er nog vele tientallen centra die met tussenpozen lessen aanbieden. Het zijn m.n. vrouwelijke dansers die binnenlopen en die het gebruiken als een vorm van sport, of om zich te onderscheiden. Het beperkt zich ook niet tot alleen de grote steden, maar verspreidt zich over het hele land.
Er zijn inmiddels ook Chinese jonge vrouwen die zelfs verhuizen om tijdelijk in Andalucía aan de bron flamenco te leren en te (be)leven: