Josefa Cotillo Martinez, “La Polaca”, was een flamencodanseres, zangeres en actrice.
Op 65-jarige leeftijd stierf ze op 2 juni 2010 in het ziekenhuis Virgen del Rocío in Sevilla aan longkanker. Ze woonde de laatste 5 jaar in Tomares. Op 10-jarige leeftijd verliet ze school om zich volledig te storten op haar flamenco danscarriere en ontwikkelde een eigen stijl. Op haar twaalfde jaar debuteerde ze als professioneel danseres en de voorstelling “La parilla” in Madrid in het theater Alcázar.
Op haar 16e vertrok ze naar de U.S.A. en trad toe tot de danscomapnie van José Greco, waarin ze snel doorgroeide naar eerste danseres. Ze danste een Poolse folkloristische dans en kreeg prompt haar artiestennaam “La Polaca”.
"La Polaca" zingt en danst
Ze trad ook op voor president John F. Kennedy.
Na haar terugkomst in Spanje toerde ze rond en werd eerste danseres in de companies “Los Canasteros” en “Las Brujas”.Haar enorme populariteit opende deuren voor haar om binnen te treden in de filmwereld en in 1965 debuteerde ze als actrice in de film “Con el viento solano” van Mario Camus.
In de jaren zeventig verscheen ze in diverse films, zoals in 1976 “El amor brujo” en in 1977 in “Del amor y de la muerte”.
In de jaren tachtig verdween de glans van haar carriere, hoewel ze wel nog optrad in de remake van “El amor brujo” van Carlos Saura.
Het hoogtepunt van haar roem lag m.n. in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw.