Chano Lobato werd geboren in Calle Bótica in de wijk “Sante María” in Cádiz.
In zijn vroege jeugd was het vooral het dansen wat hem aantrok. Later ontdekte hij het zingen en begon hij op te treden in de lokale tablaos, zoals Venta La Palma.
Chano Lobato zingt Tanguillos
begeleid door Manuel Morao, Luis Postigo en Manolo Franco
Na enige tijd verruilde hij Cádiz voor Madrid. Daar trad hij toe tot de danscompanie van Alejandro Vega.
Zijn bekendheid groeide in de bijna twintig jaar die hij optrad met Antonio en hij werd daardoor vnl. ook gezien als een zanger voor dans.
Hij trad o.a. met groot succes opin tablaos als “El Duende” en “El Arco de Cuchilleros”. Dit succes leidde ertoe dat hij doorgrotedansers gevraagd werd om voor hen te zingen.
Chano Lobato begeleid door Paco Cortés in La Unión (Cante de las Minas)
Zo trad hij o.a. ook vaak op met Matilde Corral, Pastora Imperio, Carmen Amaya, Manuela Vargas en zijn echtgenote Rosario la Chana.
In 1974 werd hem de “Enrique el Mellizo” prijs toegekend tijdens de nationale zangwedstrijd in Córdoba. In 1996 ontving hij de Medalla de Andalucía.
Hij trad de laatste jaren echter m.n. op als solo-zanger.
Hij heeft maar weinig opnames uitgebracht: van hem verschenen twee albums, “La nuez moscá” in 1996 en “Azúcar Cande” in het jaar 2000.
Hij stond bekend om zijn Soleás, Bulerías en Alegrías, en ook wel zijn Tangos, hoewel hij natuurlijk tijdens zijn optredens alle stijlen zong, zoals tegenwoordig gebruikelijk is.
Hij stond daarnaast bekend om zijn verhalen die hij vertelde tijdens zijn optredens. Verhalen die soms gevoelsmatig langer duurden dan zijn zang, maar wel altijd humorvol waren.
Op de Plaza de la Merced in Cádiz staat sinds zijn overlijden een bronzen beeld van Chano ter ere van hem.
CD:
1996: La nuez moscá
2000: Azúcar Cande
DVD:
2002: Puro y jondo
Overzicht van de optredens die ik live meegemaakt heb van Chano Lobato: