21 oktober 2016:
Vandaag werd via de mail de poster van de komende Flamencobiënnale bekend gemaakt.
Het festival is trots op hun poster. De poster is gemaakt door de Nederlandse fotografe Scarlett Hooft Graafland. De Oostvaardersplassen in de provincie Flevoland hebben als achtergrond gediend bij de gebruikte foto.
Tja, de Flamenco Biennale en hun keuze voor de festivalposter is een steeds slechtere relatie: maar goed ik hoef in ieder geval niet terug te komen op mijn woorden (zie de laatste alinea, vorige Biënnale bericht).
In het programma, dat overigens nog steeds onvolledig vermeld staat op de eigen festivalsite (althans de voorstellingen van 18 en 19 januari zie ik er niet tussen staan), vind ik geen voorstelling terug die in Antwerpen zou gaan plaatsvinden. Dat is een beetje gek, want ze staat wel – en daar was ik juist blij mee – op de poster als festivalstad. Ik ben wel benieuwd wat daar te zien zal gaan zijn.
Alles overziend blijf ik bij mijn persoonlijk advies áls je moet kiezen tussen de te bezoeken voorstellingen: 19 januari: Vicente Gelo (begeleid door Tino van der Sman en dans van María Ángeles Gabaldón) in Rotterdam; 26 januari: David Lagos in Utrecht (met danseres Mercedes Ruíz als gastartiest); 27 januari: José Valencia in Amsterdam (met danser Antonio Canales als gastartiest)
Misschien denk je wel “en Isabel Bayón dan?”. Die heeft echter een voorstelling in elkaar geknutseld met Israel Galván: geen flamenco verzekerd.
En Manuel Liñán?: die voorstelling heb ik gezien.
Poster van de Flamenco Biënnale
Het Fonds Podiumkunsten (FPK) ondersteunt de Flamenco Biënnale Nederland met ingang van 2017 structureel voor vier jaar. Dat vind ik heel mooi, want er zijn altijd wel een paar flamencovoorstellingen tijdens de Flamencobiënnale. En die wil ik dan graag wel zien
Maar als ik dan de onderbouwing daarvan lees: “De commissie vindt dat er sprake is van een uniek festival dat de state of the art programmering op het gebied van flamenco biedt. Zij vindt dat de Flamenco Biënnale een belangrijke voedingsbodem is voor de ontwikkeling van de flamenco en prijst het veelzijdige en vooruitstrevende programma en de inspanningen van de organisatie de ‘crème de la crème' van de flamenco binnen te halen”.
Ze hebben misschien uit de aanvraag van het Festival geciteerd? Ach ja.
Ik heb het toch niet kunnen laten om eens naar de site van dat Fonds te gaan.
Daar staat ook een overzicht op van alle adviseurs die ze hebben. Ze moeten er wel veel hebben, want het is een breed kunstgebied dat bestreken wordt.
Zie ik – nadat ik alle 157 CV’s van de adviseurs heb doorgelopen – dat er drie namen bij staan die “iets” met flamenco hebben. Florian Maier, die heeft flamencogitaar gestudeerd in Rotterdam, Marieke van Wamel, die gedurende 8 jaar o.a. als flamencodans en -muziek programmeur is geweest bij het Dans- en muziekcentrum Den Haag en ik kwam de naam tegen van Ed Spanjaard, waarvan ik weet dat hij flamencodans als hobby beoefend (daar staat overigens niets over in zijn CV op de site, ik wil niet dat er een verkeerde indruk hierdoor ontstaat).
Maar dat bleken niet de adviseurs te zijn die adviseren over méérjarige subsdietoekenningen, zag ik vervolgens. Daar is een aparte adviescommissie voor bestaande uit (slechts) acht adviseurs. In geen enkele CV van die acht staat iets dat gerelateerd kan worden aan flamenco. En dan zó’n inhoudelijke onderbouwing? Of vraagt de adviescommissie “Festivals” m.b.t. meerjarige subsidietoekenningen dan weer advies aan andere adviseurs? Of is het toch weer anders…?